Recent nieuws
Interview Frank Nuyts
Hoe ben je muzikant geworden?
Eigenlijk vrij toevallig. Alhoewel ik zeer vroeg met de muziekschool ben begonnen, eerst piano, dan met slagwerk erbij, ben ik rond mijn 15de met muziek gestopt. Mijn andere passie, tekenen, had al mijn ‘vrije’ tijd ingenomen. En dingen maken vond ik veel intrigerender dan dingen uitvoeren. Maar een ouderlijke beslissing (geen hoger grafisch kunstonderwijs!!!) en een eigen beslissing (ondanks primus in de humaniora, geen universiteit!!!) is een tussenoplossing zich komen aanbieden. Toch weer muziek, enkel slagwerk en na een razendsnelle hogeschool carrière (na drie jaar al het Hoger Diploma) weer de kriebel van het maken beginnen voelen. Dan maar naar het instituut voor Psychoacoustica gestapt en privé bij Lucien Goethals hedendaagse én elektronische compositie gaan studeren. De rest is daar allemaal uit gevloeid… Ik voel mij dus meer een makende muzikant dan een spelende, alhoewel ik beide altijd gecombineerd heb. Al was het maar om mijn muziek uitgevoerd te krijgen.
Waaruit haal jij voldoening in het muzikant zijn en het in de wereld zetten van je eigen muziek?
Vooral uit het ’s morgens opstaan en mij geconfronteerd te weten door vraagstukken die ik mezelf én mag én kan opleggen. Door mij altijd financieel onafhankelijk te hebben gemaakt van mijn productie (heb 41 jaar les gegeven aan zowel het DKO als het Conservatorium van Gent) heb ik een vrij experimenteel parcours kunnen afleggen. Alle klassieke vormen aangepakt (gaande van symfonieën, kameropera’s, sonates, allerlei rare kamermuziek combinaties tot een hele reeks composities voor de verschillende bands die ik heb opgericht en geleid samen met Iris, mijn vrouw en partner in many crimes)
Is de muziek die je schrijft voor Beat Love Oracle echte ‘Frank Nuyts’-muziek? Kan je zeggen dat je je eigen stem gevonden hebt of is deze zoektocht nog steeds gaande?
Toen ik uiteindelijk toch besloot te stoppen met het lesgeven, kreeg ik de vraag van de Academie voor Kunsten en Wetenschap om eventueel opgenomen te worden in dit groot respect inboezemend officieel cultureel instituut. Ik heb dit geweigerd met de woorden, dat ik hoopte mij voor de rest van mijn leven nog vaak een debutant te kunt voelen bij de ontwikkeling van steeds nieuwe projecten. Ik vroeg mij dus af of zo’n instituut wel nood had aan zo’n iemand die niet wil achteruit kijken. Ik ben nog steeds blij met die beslissing, alhoewel dit niet bij iedereen daar in goede aarde is gevallen. Maar inderdaad, tijdens de eerste ‘grote vakantie’ na het staken van mijn lesopdracht, heb ik meteen het Beat Love Oracle project opgestart. Opnieuw een ongewone bezetting, die mij voor heel wat creatieve uitdagingen plaatste. Maar daarnaast is de klassieke werkenreeks ook onverstoorbaar doorgegaan. En ook daar telkens voor bezettingen die nieuw voor mij waren. En soms voor de wereld. En in al die werken ben ik nog steeds op zoek naar de voor mij passende muziek voor die combinaties. Mijn tics zullen wellicht wel in al die stukken herkenbaar zijn, maar ik hoop echt dat geen enkel werk lijkt op een vroeger. Omdat achter elke compositie een specifiek concept steekt dat onverbrekelijk aan dit ene werk is verbonden. DAT is misschien mijn ‘stem’, die van een soort muzikale polyglot.
Waar komt je inspiratie vandaan?
Zoals ik hierboven reeds aanhaalde: voor iedere project een ander concept. Daarom heb ik het gevoel dat ik mijn inspiratie haal uit alle dingen die mij te beurt vallen vanaf het moment dat ik mijn ogen open tot ze vermoeid dichtvallen. 365 dagen op een jaar. Ik lees heel veel, ga naar cinema, toneel, ben gek op graphic novels, maar luister ook veel naar wat er (vooral op klassiek gebied) door de duizenden hedendaagse componisten op deze planeet wordt geproduceerd. Geen dag passeert zonder minstens twee ‘creaties’ te beluisteren, die als het ware gisteren zijn voorgesteld zijn geworden. (LiveNew Music Channel op Youtube) Maar nogmaals: mijn inspiratie is vooral eraan werken dat ik dingen kan associëren die tot nu toe niet vaak zijn samengebracht. Extra-muzikaal of niet, als het maar nieuwe verbindingen in het schakelbord van mijn geest mogelijk maakt.
In een eerder gesprek omschreef je jezelf als ‘volatiel’. Kan je uitleggen waarom dat woord zo goed bij je past?
Ook dit volgt uit het voorgaande. Ieder project kan leiden tot een moedwillig vergeten van wat ik reeds gemaakt heb. (Mijn Eerste symfonie ‘A symphony of Scraps’ uit 1988 is zo helemaal opgebouwd.) Ik luister heel zelden naar mijn muziek. Opnames beluisteren is zowat het minst plezierig aspect van mijn muzikantenbestaan. OK, je kunt er uit leren, maar door het feit dat ik mij toch steeds probeer in nieuwe nesten te werken, moet ik toch voortdurend nieuwe oplossingen opdissen. Wat heb je aan een vork als je soep moet eten als het ware?… Vandaar dit parcours waar weinig overgeleverde vormen in te vinden zijn. Ik heb wel 25 piano sonates gecomponeerd, maar ze verschillen allemaal van elkaar. Soms in hoge mate. Door die ‘volatiliteit’ heb ik natuurlijk met een ongelooflijk verscheiden poel aan muzikanten mogen werken. Gaande van een pas afgestudeerde elektrische bassist tot een Koningin Elisabeth Wedstrijd winnaar, van een ensemble van 20 slagwerkers en vier ‘Indianen’ tot een opera voor drie harpistes, een fluitiste en een jazz contrabassist die een actrice en drie wilde sopranen hun ding laten doen.
Wanneer je over je muziek praat, gebruik je vaak lyrische en zeer specifieke omschrijvingen. Is taal belangrijk in je leven? Heb je ooit overwogen hier ook iets mee te doen? Of zijn taal en muziek geen aparte werelden voor jou?
Ik val in herhaling: zie hierboven :-). Kunst voor mij is dingen maken en hopen dat het toch even relevant kan zijn voor de periode waarin het gemaakt wordt. Misschien moet ik zeggen dat ik wellicht het ‘verst’ sta in de productie van noten op virtueel papier, maar ik bezondig mij ook voortdurend aan extra-muzikale activiteiten. Ik heb libretti geschreven, ik ben terug aan het tekenen geslagen. Ik speel mee in mijn bands maar probeer zo weinig mogelijk dingen op te leggen, om de deuren ook daar open te houden. Er wordt zo veel moois en interessants geproduceerd op dit moment op onze vermoeide aarde, dat ik het als het ware een verplichting vind voor mezelf om zoveel mogelijk dingen te proberen meepikken. Al is het maar om voor het type mens zoals ik toch, heel even een luisteraar, een kijker, een medestander te kunnen zijn. Hen te ‘belonen’ met mijn aandacht. Er is ontzettend veel excellentie op dit ogenblik, en toch zoeken veel mensen het allemaal in dezelfde richting. Ik hoop mijn hoofd ooit 360 graden te kunnen draaien, zoals een wijze uil. De wereld ongeremd kunnen scannen als aanmoediging…
Je hebt lang les gegeven. Wat heb je daar zelf van geleerd?
Ik heb dit steeds als een soort compensatie gezien voor het feit dat ik het leven heb kunnen leven zoals ik het nog steeds leef. Het is veel geven, maar ‘zij’ hebben mij ook veel gegeven. Het is bijna een dooddoener, maar over iets lesgeven, betekent dat je het zelf eerst goed moet kunnen begrijpen. En vragen van studenten (zeker in de Hogeschool) kunnen je dwingen heel je eigen referentiekader te moeten herzien. En het gevolg is ook, dat ik steeds vaker mijn ex-studenten heb kunnen betrekken in mijn eigen projecten. Juist omwille van hun frisse kijk op de wereld. Lesgeven is vooral even met iemand de weg opgaan. (Oorspronkelijk was een ‘pedagoog’ een slaaf (???) die een kind naar de school bracht). Maar het is vooral dat samen op stap gaan dat belangrijk is. In voortdurende conversatie. Als iemand die wat ouder is, heb je vaak wat meer ervaring, maar ervaring moet ook een dynamisch gegeven blijven. Met roestige enkels moet je snel de leerling voor laten gaan :-)
Kan je ons je favoriete anekdote uit je leven als muzikant vertellen?
Hoh, er zijn zo veel dingen gebeurd. En er gebeuren nog zo veel dingen. En meestal is datgene wat je onthoudt een voorval waarin net een catastrofe is vermeden geworden. Iets waar je later hard om lacht, maar dat tijdens het gebeuren zelf dreigde al hetgeen waar je zo hard voor gewerkt hebt, te niet te doen. Maar als er een ding is die ik wél wil vertellen, en het zal misschien een beetje sentimenteel overkomen, dan is het wel dat ik ondanks de onwaarschijnlijkheid van de initiële situatie een levenspartner heb, die als het ware al datgene wat ik niet ben, in zich heeft, en die al meer dan 45 jaar samen met mij een pad opgaat dat draait en keert als het circuit van Monaco.
Welk concert, als muzikant of publiek, is je het meest bijgebleven?
Is bijna niet op te antwoorden. Moet het de bijna vijf minuten stilte zijn van het publiek na de uitvoering van mijn kameropera ‘Middle East’, met toeschouwers rond je die met een zakdoek hun ogen betten? Is het een concert met Emanon met de uitvoering van mijn pianoconcerto in de perfecte omgeving wat omringende stukken betreft? Is het de staande ovatie in Lithouwen met Beat Love Oracle? Is het de driejarige cyclus met mijn toenmalige 18 pianosonates met allemaal ongelooflijk betrokken muzikanten? Is het de ongelooflijke ontvangst van ons festival Voorwaarts Maart/En avant Mars gedurende het zesjarig bestaan? Is het het laatste concert van Zappa in België? Is het het concert van de Zevende symfonie van Bruckner in de Bozar, een componist die ik vroeger haatte. Is het het concert waarbij ik als dirigent zowel mijn marimba concerto ‘Woodnotes’ creëerde als het voor mij zo belangrijke Rastapasta in de Week van de Hedendaagse Muziek in Gent, meteen als toemaat, ook het werk ‘Ce qu’on entend dans une salle de concert’ van Boudewijn Buckinx? (What’s in a title? :-) Is het Iris twee keer als soliste op piano met orkest te zien optreden tijdens de creatie van twee grote werken. Is het onlangs in een kleine boekhandel de aandacht te voelen van het publiek van een nieuw project met de dichteres Jana Arns? Echt het hield niet op. Moge het nooit ophouden.
Wat zijn je toekomstplannen? Welke grote droom wil je nog verwezenlijken?
Voortdoen. In welke vorm ook. Ik wil niets plannen. Volatiel nietwaar. Wel nog even doorgaan met datgene waarmee ik andere mensen mee in het verhaal heb genomen. Er zijn ook nog flink wat werken die niet gespeeld zijn geworden. Tot twee avondvullende muziektheaterstukken toe. Maar die zijn allang geen droom meer. De droom leeft vooral tijdens het maken. Ik droom niet van het ‘te maken’ :-)
Stel een lijst samen van 5 nummers die je inspireren
Nu dwing je mij wel even naar achter te kijken: Daarom grijp ik ook heel ver terug. Mijn eerste schreden zijn geïnspireerd door:
-
De strips van Maurice Tillieux (Gil Jourdan). Ik heb de man een paar keer mogen ontmoeten toen ik 16 was. Misschien de enige echte ‘hero’ in mijn leven. Voel nog steeds de gevolgen van die ontmoeting in mijn hart.
-
‘Uncle Meat’ van Zappa in de zolderstudio van Kamagurka, mijn jeugdvriend, thuis. Gevolgd door ‘Dark side of the Moon’ van Pink Floyd. En prenten van Franquin aan de muur. En uitgescheurde pagina’s van Pilote. 13 jaar waren we. De muren rondom ons barstten open en het rebelse stroomde ons leven binnen…
-
‘Les noces’ van Strawinsky (‘Le Sacre’ en de ‘l’Oiseau du feu’ en ‘Petrouchka’ kwamen wel vroeger) maar het beeld van die score zette mij op een gegeven moment aan ook zo iets op papier te willen krijgen. Vier piano’s? Koor met al die stemmen? Zo’n bende slagwerkers? En al die ongelooflijke ostinati?… Ah… en toen ik de autograaf van Igor zag… tekenen met noten….
-
MTV presenteerde video’s van The Police terwijl ik mijn eerste kind de pap gaf. ‘Every little thing is magic’. Iets brak in mij… Dat vast zat door enkel te zweren bij de ware kunst van het hedendaags klassiek componeren. Ik hoorde misschien dingen die er niet echt in staken, maar zes jaar later, in 1986, brak de dijk wel met een werk dat een rechtstreekse citaat inhield uit ‘Don’t stand so close to me’… Ik surf nog steeds op die golf…
- Op een kort reis door Frankrijk las ik het boek ‘The music of John Cage’. Ook dit opende weer een deur in mij waarvan ik niet eens het bestaan wist. En de uitleg van James Pritchett over zijn strijkkwartet uit 1950. Een mooier cadeau kon moeilijk. Omdat daarin uitgelegd wordt dat muziek vooral om tijd gaat. Tijd waarin je alles kan stoppen. Van welke kant het ook komt. Waardoor je als maker de tijd van je leven kunt hebben.