Recent nieuws
interview Ananta Roosens
Wat kunnen we verwachten van je residentie met Kaito Winse?
We willen graag een album opnemen. Intussen hebben we al enkele concerten gespeeld, dus we hebben al een repertoire. De bedoeling is dus om er tijdens de residentie aan te werken en het album hopelijk af te krijgen. Ik zing en speel viool, Kaito zal verschillende traditionele Afrikaanse instrumenten bespelen waaronder meerdere fluiten, tama (Afrikaans percussie-instrument), kora (snaarinstrument), kalebas (slaginstrument) en arc à bouche (soort mondharp). We leerden elkaar enkele jaren geleden kennen bij Muziekpublique, waar hij op een avond solo speelde. Hij speelde voor een publiek dat voor hem wel oneindig leek want betrok daarbij zijn voorouders, zijn omgeving, de natuur... Dat vond ik enorm interessant, het verschilt toch enorm met hetgeen wij vooral doen in het westen. Op het podium spelen en je ding doen, vervolgens op hotel en terug naar huis. Daarnaast liggen de instrumenten die Kaito bespeelt ver van mijn viool, wat enorm veel ruimte geeft voor uitwisselingen en nieuwe ideeën. En dat is enorm verrijkend.
Hoe is jouw traject als muzikant begonnen?
Bij ons thuis was het heel evident om met muziek bezig te zijn. Mijn vader speelde elektrische gitaar, en componeerde enorm veel. Hij had midden jaren tachtig een Atari (computermerk), waarop hij zijn muziekwerken naar hartelust kon orchestreren. Dat was ook mijn speeltuin. Vaak nam hij ons mee in de velden met een ‘4-track’ (meersporige opname met cassette) zodat we de ‘vocals’ konden inzingen zonder de buren te storen. Ik probeerde mijn muziek ook te noteren op mijn manier. Niet met noten, maar eerder met tekeningen die hoog en laag voorstelden en de lengte symboliseerden. Vervolgens vonden we een viool voor me waar ik volledig op mijn eigen manier mee begon te spelen. Ik probeerde de liedjes na te spelen die ik hoorde, dus stipte ik met krijt op mijn viool de plekken aan waar ik de noot had gehoord. Vervolgens streek ik ze dan in de juiste volgorde aan. Op mijn elfde begon ik op de muziekschool, later - op mijn achttiende - mocht ik naar het conservatorium van Rotterdam om er klassieke muziek te studeren. De manier waarop klassieke muziek werd beleefd en aangeleerd heeft me nooit aangetrokken - daar heb ik me lang voor behoed - daarmee dat ik me tijdens mijn studies ook nog vaak bezighield met latin en Braziliaanse ensembles, Indiase of flamenco muziek. Zo werd ik steeds uitgedaagd en breidde mijn gamma aan expressie-mogelijkheden verder uit. Tijdens mijn studie klassieke muziek, koos ik eveneens om Argentijnse tango te studeren. Ook daar voelde ik een zekere terughoudendheid om niet uitsluitend met dit genre bezig te zijn. Mijn nieuwsgierigheid zorgt ervoor dat ik steeds in nieuwe werelden terecht kom. Hoe zalig dat ook is, het vraagt wel steeds veel van je. Het vertrouwen dat je na verloop van tijd hebt gekregen, moet je bij iets nieuws telkens weer opbouwen. De laatste tijd heb ik ervoor gekozen om me meer toe te spitsen op improvisatie en eigen creaties. Het is tijd om mijn eigen wereld tot uiting te laten komen, die uiteraard gevormd is door al dat moois dat ik op mijn weg ben tegengekomen.
Waarom koos jij voor viool?
Ik had een viool gehoord bij vrienden thuis en vanaf dat moment wist ik dat ik viool wilde spelen, zonder een duidelijk ‘waarom’. Een tijdje later heeft mijn moeder een viool voor mij kunnen vinden. Nu, waarom kiest een kind voor een bepaald instrument? Goh, goede vraag. Dat wordt volgens mij bepaald door een bepaalde chemie maar ook de energie op dat bepaalde moment. Ik speel intussen ook trompet, maar mocht ik als kind met een trompet in aanraking gekomen zijn, dan kon ik evengoed daarvoor gekozen hebben. Ieder instrument heeft een eigen manier om je poëzie te vertolken. Ik zie me ook al een tijdje niet meer als violist, maar eerder als muzikaal vertolker en ik betrek daarbij graag verschillende klanken en instrumenten.
Waaruit haal jij voldoening in het in de wereld zetten van jouw muziek?
Mijn manier van muziek maken en het vervolgens in de wereld zetten, heeft een heus proces gekend en is sterk geëvolueerd door de jaren heen. Op dit moment voel ik sterk de behoefte om mezelf volledig te laten ‘zijn’. Dat is niet uitsluitend muzikaal maar ook algemeen in het leven zo. En dat is de grote reden dat ik me bijna uitsluitend nog bezig houd met improvisatie en compositie. Als ik mijn hart volg en vanuit mijn ziel spreek, dan voel ik de kracht om mijn boodschap over te brengen. Maar het is een continue oefening en uitdaging om enkel en alleen onvoorwaardelijke eerlijkheid uit te brengen: we vallen zo gemakkelijk terug op wat we geleerd hebben. Ik leer steeds meer naar mijn innerlijke zelf te luisteren, het is mijn beste leerschool. En ik geloof dat iemand die zonder grenzen zijn eigenheid aanbiedt, altijd een genereuze respons krijgt. En of dat nu in de hele wereld terechtkomt of enkel in deze straat, dat maakt weinig uit.
Je speelt niet louter instrumentale muziek, maar je gebruikt ook je stem tijdens het vioolspelen. Heb je een voorkeur tussen die twee?
Neen, ik heb altijd gezongen. Ik gebruik mijn stem ook in de eerste plaats als instrument, die hebben we toch allemaal gekregen, dus ik kan die zomaar inzetten. Viool en stem hebben veel gemeen en door ze beiden - al dan niet gelijktijdig te gebruiken - krijg ik extra kleur op mijn klankenpallet. Daarbij houd ik ook erg van poëzie. Dus de toevoeging van taal heeft voor mij een absolute meerwaarde. Als ik voor mijn stem componeer, profiteer ik van de gelegenheid om humor en andere zaken mee te geven, die ik anders moeilijk had kunnen overbrengen.
Daarnaast zie ik je even vaak plukken als strijken. Hoe komt dat?
Ik heb op het conservatorium geleerd om heel vaak mijn strijkstok te gebruiken, maar door mijn zoektocht naar andere manieren van spelen, ging ik gaandeweg ook andere instrumenten imiteren waaronder de gitaar. Nu, je kan onmogelijk gitarist worden op een viool, maar het genereert wel een volledig nieuwe wereld. Dat bracht me zoveel nieuwe mogelijkheden, dat ik daar enorm veel nummers mee ben beginnen maken. Ik kan zo met mijn viool begeleiden op een heel zachte en dienende manier, met een strijkstok kom je toch meteen in een heel andere klankwereld terecht, en dat blijft uiteraard ook heel boeiend om te onderzoeken.